Precies tien jaar geleden begon ik met rennen. Door de straten van Breda. Mijn jubileum valt tegelijk met de verjaardag van mijn moeder. En dat is precies waarom ik deze dag nooit zal vergeten. Op mijn allereerste paar hardloopschoenen, gekocht in het winkelcentrum in Nieuwegein, maakte ik de blits in Brabant.
Vandaag kreeg werd ik op Twitter door @RNRmadmaraton, het account van de ‘Rock´n´Roll Madrid Maratón’, in een foto getagd: when did you start running? Wat een toeval, hoe weten ze dat? Juist omdat ik er zelf nog geen moment bij stilgestaan had dat vandaag een feestdag was, was ik verrast. Inmiddels heb ik de marathon van Madrid achter mijn kiezen, maar ik weet nog goed hoe mijn eerste kilometers er toen uit zagen. Of beter gezegd: hoe ze er niet uit zagen. Hobbelend sleepte ik me voort, door parken, langs de Singel en meestal omringd door superfitte Brabanders. Was dit het begin van mijn interesse in sport?
Volgens mijn vader, begon het allemaal met Zoetemelk. Zoetemelk won de Tour de France. De straat was aan het juichen, dus ik deed mee. Ik was twee en had geen idee wat er gebeurde. Maar toch was ik erbij! En ik was voor Joop aan het juichen, volgens mijn vader. Hoewel ik in 1980 nog niet geboren was, zou het een fantastisch begin geweest zijn…
Wellicht was het een etappezege van Jelle Nijdam (Neufchâtel-En-Bray – Liévin in 1988 bijvoorbeeld) die zorgde voor het feest op straat. Of was er een herhaling van Joop op TV. Hoe dan ook, volgens mij begon het anders. Negentien jaar geleden zaten mijn hazentanden en ik naast mijn vader op de bank. De Tour te kijken. Of voetbal, afhankelijk van de maand. Ik kende de namen van de spelers in de Eredivisie uit mijn hoofd en had voetbalposters op mijn kamer. Fanatiek nam ik deel aan de handgeschreven Tourpoule, een begrip in onze straat en georganiseerd door mijn vader. Ook toen was ik een meisje, al noemde mijn vader mij geregeld Vincent. Nu, dertien jaar later, begrijp ik de verwarring.
Elke zaterdag fietsten mijn hazentanden en ik naar de voetbalvelden van VVIJ. Hier was ik spits in de C2 en de C1, totdat ik als linksvoor werd opgesteld in de B1. Fanatiek oefende ik elke vrije minuut in de straat. Potjes tienen, trucjes leren en af en toe een partijtje op de plaat.
Niet door de beugel: ontsport
Mijn hazentanden was ik zat, maar dat gold niet voor sport. Toch interesseerde het me steeds minder. Tot ik uiteindelijk zelfs niet meer naar de herhaling van Eurogoals keek. Dat duurde een jaar of tien. Ik was ontsport.
Voetbal sla ik tegenwoordig over, tenzij er een EK of WK is. Mits we daaraan meedoen. Maar de Tour, die moet ik zien. En onze hardloophelden ook. Het EK atletiek in Amsterdam was een uitstekende overbrugging van het EK voetbal dit jaar. En direct daarop volgde de Tour. Waarom ik geen voetbal meer kijk, dat weet ik niet. Wellicht komt het doordat ik vroeger wel een penalty tussen de palen kon knallen en menig professional (hallo Italië!) daar tegenwoordig moeite mee heeft. Wel weet ik nu wat het is om 42KM te rennen of om 150KM te fietsen. En dan helemaal kapot te zijn. Vol bewondering kijk ik dan ook naar de pro’s die dit (en meer) twee keer zo snel doen. Een maand lang, elke dag. Wat een helden!
Ontspoord
De tourkoorts is terug, en sport ook. Zolang mijn hazentanden wegblijven en ik mijn Prodentlach (blingblingbling) kan behouden, zal dat voorlopig ook wel zo blijven. Na de Tour staat Rio immers voor de deur…